Het ontbijt was nog niet halverwege, of het eerste kado van deze dag viel me ten deel. De poes bracht het binnen. In haar bek. De jonge koolmees hing -de vleugels gespreid- als een vreemde baard uit de bek van mijn zwart-witte roofdier. In een reflex stond ik op, net als alle andere keren dat de poes een prooi naar binnen bracht. Met één hand pakte ik het zwarte poezen-nekvel, met de ander omsloot ik de bek met daarin het kleine vogeltje. De poes liet los. Tegen mijn vingers sloeg plotseling een kleine hartslag als razend. Ik liep door naar de voordeur, naar beneden, naar buiten. Pas daar liet ik dat zachte warme los dat tussen mijn hand geklemd had gezeten. Een klein, volmaakt geel-blauw bolletje keek me verontwaardigd aan met oogjes als glas. Het snaveltje ging open en dicht, een schril geschreeuw sneed door de ochtendlucht. Een van de vleugels hing wat scheef langs het lijfje. Ik duwde het babyvogeltje wat verder onder een struik. En vervolgde boven mijn ontbijt.
...and thank you for site-seeing!