Doorgaan naar hoofdcontent

Tievie.


 

Nog niet had ik vanmorgen het artikel in De Volkskrant over Gerard Timmer gelezen, of de NOS-directeur legde zijn functie per direct neer.  
Nog voor de ochtend goed en wel begonnen was.

In het bewuste stuk vertellen oud-medewerkers dat Timmer in zijn tijd als algemeen directeur bij BNNVARA op de hoogte was van wangedrag. Dat had plaats op de redacties van Zembla en De Wereld Draait Door. Eindredacteuren van beide programma's en presentator Mattijs Van Nieuwkerk zijn inmiddels opgestapt.

Na vanaf vorig jaar door De Volkskrant gevraagd naar zijn kant van de verhalen -waarop hij eerst niet en later nadrukkelijk tegen zijn zin en mondjesmaat reageerde- trok Timmer vanochtend een terechte conclusie. Na publicatie van onweerlegbare feiten waartegen geen  verweer meer mogelijk is.
Timmer zegt dat de discussie over zijn verleden de cultuurverandering bij de NOS niet in de weg mag zitten. Die verandering moet volgen op het rapport van de Commissie Van Rijn over grensoverschrijdend gedrag bij de publieke omroepen. Uit onderzoek bleek dat onder andere bij de NOS sprake is van pesten, intimidatie, seksueel grensoverschrijdend gedrag en discriminatie op de werkvloer.
Uit eigen ervaring en uit zeer betrouwbare bron ken ik zelf de excessen die een eindredactrice beging op de diverse tv-redacties waar zij werkte.
Zelf vond zij haar intimiderend schreeuwen, sneren en snauwen naar ondergeschikten zo normaal, dat zij er met nauwelijks verhulde trots graag over vertelde.
Over die dombo’s.
Die maar niet begrepen hoe je een script moest timen.
Die ze zuchtend opnieuw terug naar hun bureau verwees.
Nadat ze bijvoorbeeld met dikke stift zwijgend maar nijdig de woorden ‘zucht, zucht, zucht’ had geschreven op het door haar eerst oog-rollend doorgestreepte vermeende broddelwerk. Dat een redactrice ten tweede male op haar bureau had durven te legen. De betreffende vrouw was jankend naar huis gegaan.
Smalend werd hierover gesproken.
Trots.
Als een vrouwelijke Bokito.
Die optreedt tegen het grauw dat haar bevelen niet snel genoeg opvolgt.

Eerder al kwam ik tweemaal in mijn leven oud-werknemers tegen.
Die -toen haar naam viel- van kleur verschoten.
En mij vertelden hoe deze vrouw tekeerging op redacties.
Ten overstaan van haar meerderen.
Mensen zoals Gerard Timmer.
Bijvoorbeeld.
Ikzelf werkte eveneens op tv-redacties waar het kleineren, be-roddelen en treiteren van redacteuren door vermeende superieuren de normaalste zaak van de wereld was. Toen ik in een gesprek een eindredacteur en presentatreutel eindelijk eens van door voorbeelden gefundeerde repliek diende, werd ik op staande voet ontslagen.
Op een wettelijk onjuiste grondslag.
Dat kostte de omroep geld, in de vorm van een afkoopsom.
Ik herinner me de intense opluchting toen ik de dag dat ik mijn mond had opengetrokken voortijdig huiswaarts werd gestuurd.

Nooit ben ik teruggegaan naar televisieland.
Wel bleef ik de verhalen horen van die ene eindredactrice.
Die haar zogenaamde onder-knuppels verbaal en non-verbaal  met regelmaat met de grond gelijk maakt.
Bij een van de omroepen waar ze werkte kwam ze plotseling na het einde van een seizoenscontract niet meer aan de bak. Nooit begreep ze wat daarvan de oorzaak was. Wel hoorde ze later dat iemand ervoor gezorgd had dat ze er niet meer zou komen te werken. De narcistische woede was uiteraard enorm.

Ik wacht op de dag dat haar naam rond gaat zingen in verhalen over wangedrag op de werkvloer in tievie-land. Verhalen zoals die van vandaag door De Volkskrant. Ditmaal dan over een keurige omroepdirecteur die al jaren vanuit zijn ivoren toren als een breed gewaardeerde bestuurder alle onwelriekende verhalen bewust negeerde die hem ter ore kwamen.
Time is up voor de mensen die over lijken gaan.
Welkom in de wereld van zeer volhardende krantenjournalistiek.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Cantat, Rady, Trintignant.

    Waar was jij de avond van 26 juli 2003? Ik weet waar ik was. Ik vierde mijn verjaardag op De Parade in Utrecht, met mijn vrienden. En precies negentien dagen daarna zou ik degene ontmoeten die bijna mijn ondergang werd. Die tot tweemaal toe plotseling en razendsnel zijn handen om mijn keel zou zetten in een poging om me dood te knijpen. Op momenten dat ik het niet met hem eens was. En hem dat had laten weten. Ik weet ook waar de Franse actrice   Marie Trintignant was, die avond.  Op 26 juli 2003 was ze voor filmopnamen in de Litouwse stad Vilnius. De man met wie ze een affaire had aangeknoopt was bij haar. Bertrand Cantat was de frontman van de populaire Franse band   Noir Désir.  Getrouwd met de moeder van zijn twee kinderen, Krisztina Rady, was hij maanden daarvoor een affaire begonnen met de eveneens al getrouwde Trintignant. Hun affaire ging gepaard met ups en downs. Er waren ruzies. Er was de voortdurende zuigende aanwezig...

Duw het.

  Elke keer als ik die clip zie, sta ik denkbeeldig onmiddellijk in die geweldige discotheek onder het Stadhuis in Utrecht. Het is het begin van de jaren negentig. En Salt-N-Pepa hebben het nummer ‘Tramp’ uitgebracht, enkele jaren ervoor. De hiphopgroep, die uit drie meiden bestaat, krijgt echter wereldwijd succes met de B-kant van 'Tramp’. Deze hit ‘Push it’ is een van de eerste hiphopbeats die ik in Fellini hoorde. In die nachtclub waren veel eerste keren voor mij. Niet alleen werd er op donderdagavonden geweldige salsa- en latinmuziek gedraaid. Ook hoorde ik er de definitieve overgang van disco, soul en funk naar hip hop. En later naar electrobeats als trance en hard-bop, vervolgens ten slotte naar house.  Deze jaren, zo  bleek later, waren een snijpunt in de tijd waarin mode en muziek definitief veranderden. Drie avonden per week was ik in Fellini te vinden. Soms met een grote groep vrienden, soms met vriendinnen, bij gelegenheid alleen. Net als nu was ik ...

Dodenherdenking

    Onder een wolkenhemel waar de avondzon doorheen piepte terwijl het soms zachtjes motregende, was daar de Dodenherdenking. In het Walkart-park speelde het Koninklijk Zeister Harmonie Muziekgezelschap prachtige koralen. De burgemeester sprak een menigte mensen toe. Er waren jongeren die samen stonden. Gezinnen of moeders met grote en kleine kinderen. Ouderen, sommigen zeer slecht ter been die onder de grote kastanjes stilstonden. Boven alle hoofden was het enige geluid dat hoorbaar was in de diepe stilte, het gekwetter van de levendige groep knalgroene papegaaien. Die tussen de ruisende kruinen van de bomen hoog in de lucht dansten. Na de diepe, lange stilte werden kransen gelegd bij het Monument Voor De Gevallen.   Waarna de tocht ging naar het Joods Monument met daarop de 153 namen van Joodse Zeistenaren die omkwamen als gevolg van de Holocaust. De kranslegging eindigde bij het Indië Monument, daar geplaatst...