Doorgaan naar hoofdcontent

Elf.

Toen ik Meisje M. vandaag vertelde dat de zus van Oma Piano vannacht was gestorven, keek ze me met grote schrikogen aan.
‘Echt?’ Was dat toen wij lagen te slapen?’
Ik knikte.
‘En waar is Tante R. nu? Vroeg Meisje M.
‘Ik weet het niet’ antwoordde ik naar waarheid. ‘Maar ik hoop heel erg dat R.bij Oma Piano is. Dat wilde ze heel graag. Dus ik zou dat heel fijn vinden’.
Ik vlocht de natte haartjes van Meisje M.
Meisje M.bekeek zichzelf intussen in de spiegel.
‘Maar ze ís bij Oma Piano’ sprak ze vol zelfvertrouwen  terwijl ze een van mijn oorbellen van dichtbij bekeek.
‘Ja?’zei ik hoopvol.
‘ Ja’ vervolgde Meisje M.,’want Oma Piano is al doodgegaan dus die is een elf geworden. En elfen halen dode mensen op en nemen ze mee naar de hemel’.
‘En dan zijn ze dus weer samen?’ vroeg ik.
‘Ja’ beaamde Meisje M.
‘Er zijn ook mensen die zeggen dat God stom is omdat mensen maar dood gaan’ zei ik.
Ik dacht aan de kleindochter van R. die dat vijf maanden geleden had gezegd tegen R.
Toen duidelijk werd dat R. niet beter zou worden.
‘Helemaal niet ‘ zei Meisje M. met een al duidelijk hoorbare Utrechtse tongval.
‘God is lief’
Even was het stil.
‘Het is niet de schuld van God dat Tante R. dood is’ zei Meisje M. tot slot.
Daarna omhelsde ze mij stevig.
Woordeloos stonden we tegen elkaar aan.
In de spiegel zag ik haar zongebruinde rug en mijn handen daarom heen.
Ik dacht aan de twee zussen –mijn moeder en mijn tante-  die na een lang en soms moeizaam leven weer bij elkaar waren.
Boven.
Als elf.
Terwijl ik zo naar ons spiegelbeeld keek, geloofde ik  heel hard in sprookjes.
Zo hard ik maar kon.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Cantat, Rady, Trintignant.

    Waar was jij de avond van 26 juli 2003? Ik weet waar ik was. Ik vierde mijn verjaardag op De Parade in Utrecht, met mijn vrienden. En precies negentien dagen daarna zou ik degene ontmoeten die bijna mijn ondergang werd. Die tot tweemaal toe plotseling en razendsnel zijn handen om mijn keel zou zetten in een poging om me dood te knijpen. Op momenten dat ik het niet met hem eens was. En hem dat had laten weten. Ik weet ook waar de Franse actrice   Marie Trintignant was, die avond.  Op 26 juli 2003 was ze voor filmopnamen in de Litouwse stad Vilnius. De man met wie ze een affaire had aangeknoopt was bij haar. Bertrand Cantat was de frontman van de populaire Franse band   Noir Désir.  Getrouwd met de moeder van zijn twee kinderen, Krisztina Rady, was hij maanden daarvoor een affaire begonnen met de eveneens al getrouwde Trintignant. Hun affaire ging gepaard met ups en downs. Er waren ruzies. Er was de voortdurende zuigende aanwezig...

Duw het.

  Elke keer als ik die clip zie, sta ik denkbeeldig onmiddellijk in die geweldige discotheek onder het Stadhuis in Utrecht. Het is het begin van de jaren negentig. En Salt-N-Pepa hebben het nummer ‘Tramp’ uitgebracht, enkele jaren ervoor. De hiphopgroep, die uit drie meiden bestaat, krijgt echter wereldwijd succes met de B-kant van 'Tramp’. Deze hit ‘Push it’ is een van de eerste hiphopbeats die ik in Fellini hoorde. In die nachtclub waren veel eerste keren voor mij. Niet alleen werd er op donderdagavonden geweldige salsa- en latinmuziek gedraaid. Ook hoorde ik er de definitieve overgang van disco, soul en funk naar hip hop. En later naar electrobeats als trance en hard-bop, vervolgens ten slotte naar house.  Deze jaren, zo  bleek later, waren een snijpunt in de tijd waarin mode en muziek definitief veranderden. Drie avonden per week was ik in Fellini te vinden. Soms met een grote groep vrienden, soms met vriendinnen, bij gelegenheid alleen. Net als nu was ik ...

Dodenherdenking

    Onder een wolkenhemel waar de avondzon doorheen piepte terwijl het soms zachtjes motregende, was daar de Dodenherdenking. In het Walkart-park speelde het Koninklijk Zeister Harmonie Muziekgezelschap prachtige koralen. De burgemeester sprak een menigte mensen toe. Er waren jongeren die samen stonden. Gezinnen of moeders met grote en kleine kinderen. Ouderen, sommigen zeer slecht ter been die onder de grote kastanjes stilstonden. Boven alle hoofden was het enige geluid dat hoorbaar was in de diepe stilte, het gekwetter van de levendige groep knalgroene papegaaien. Die tussen de ruisende kruinen van de bomen hoog in de lucht dansten. Na de diepe, lange stilte werden kransen gelegd bij het Monument Voor De Gevallen.   Waarna de tocht ging naar het Joods Monument met daarop de 153 namen van Joodse Zeistenaren die omkwamen als gevolg van de Holocaust. De kranslegging eindigde bij het Indië Monument, daar geplaatst...