Doorgaan naar hoofdcontent

Prooi.


 

Hij glimlachte altijd naar me. En niet alleen naar mij. De betoverende, brede lach kwam op zodra je hem in de ogen keek. Een niet onknap gezicht. Een goed gebouwd lichaam.
Lessen leerde hij je.
Tenminste, dat dacht hij.
Zo sprak hij je toe.
Van net iets boven jou, leek hij je altijd te willen over-toepen.
Met kennis.
Informatie.
Vermeende kunde.
Met de taal van de onnadrukkelijke machtszoeker.
Die lichaamstaal. De lachtaal. Taal.
Maar de ogen.
Die spraken met een andere tong.
Als je goed oplette, dan gleden ze vorsend over je heen wanneer je even niet met hem sprak.

Als je heel je wezen op voelen zette, kon je die donkerbruine ogen gewaarworden die over je heen gleden.
Koud als bevroren water.
Onaangedaan maar nieuwsgierig zoog hij je naar zich toe. 

Hij checkte je.
Controleerde of jij de geringste beweging, weg van het centrum, zou maken.
Dat hete, koude brandpunt van zijn wrede geest.

Wegstappen uit de schaduw van zijn hardvochtige koninkrijk is mogelijk.
Maar bereid je voor op een ineenstorting van die barbaarse dynamiek waaruit ontsnappen alleen dan mogelijk is, als je met heel je wezen inzet op jouzelf.
En daarbij de smerige waarheid onder ogen zult moeten zien.
Bovenmenselijk zal deze inspanning lijken.
En nog zul je zijn ogen voelen branden, zijn controlerende blik voelen glijden.
Terwijl jij meer dan 225 kilometer bij hem vandaan bent gaan wonen.

Aan de brede lach zul je hem herkennen.
En als je slechts naar de buitenkant blijft kijken, lijkt alles in orde.
Een smerig geheim dat je zelf bedacht lijkt te hebben tors je met je mee.
Maar eens je je voelen aan durft te zetten, dan zul je hem zien.

Ook al is het 225 kilometer weg en lichtjaren geleden.

Ondoden bestaan.

Ze leven.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Cantat, Rady, Trintignant.

    Waar was jij de avond van 26 juli 2003? Ik weet waar ik was. Ik vierde mijn verjaardag op De Parade in Utrecht, met mijn vrienden. En precies negentien dagen daarna zou ik degene ontmoeten die bijna mijn ondergang werd. Die tot tweemaal toe plotseling en razendsnel zijn handen om mijn keel zou zetten in een poging om me dood te knijpen. Op momenten dat ik het niet met hem eens was. En hem dat had laten weten. Ik weet ook waar de Franse actrice   Marie Trintignant was, die avond.  Op 26 juli 2003 was ze voor filmopnamen in de Litouwse stad Vilnius. De man met wie ze een affaire had aangeknoopt was bij haar. Bertrand Cantat was de frontman van de populaire Franse band   Noir Désir.  Getrouwd met de moeder van zijn twee kinderen, Krisztina Rady, was hij maanden daarvoor een affaire begonnen met de eveneens al getrouwde Trintignant. Hun affaire ging gepaard met ups en downs. Er waren ruzies. Er was de voortdurende zuigende aanwezig...

Duw het.

  Elke keer als ik die clip zie, sta ik denkbeeldig onmiddellijk in die geweldige discotheek onder het Stadhuis in Utrecht. Het is het begin van de jaren negentig. En Salt-N-Pepa hebben het nummer ‘Tramp’ uitgebracht, enkele jaren ervoor. De hiphopgroep, die uit drie meiden bestaat, krijgt echter wereldwijd succes met de B-kant van 'Tramp’. Deze hit ‘Push it’ is een van de eerste hiphopbeats die ik in Fellini hoorde. In die nachtclub waren veel eerste keren voor mij. Niet alleen werd er op donderdagavonden geweldige salsa- en latinmuziek gedraaid. Ook hoorde ik er de definitieve overgang van disco, soul en funk naar hip hop. En later naar electrobeats als trance en hard-bop, vervolgens ten slotte naar house.  Deze jaren, zo  bleek later, waren een snijpunt in de tijd waarin mode en muziek definitief veranderden. Drie avonden per week was ik in Fellini te vinden. Soms met een grote groep vrienden, soms met vriendinnen, bij gelegenheid alleen. Net als nu was ik ...

Dodenherdenking

    Onder een wolkenhemel waar de avondzon doorheen piepte terwijl het soms zachtjes motregende, was daar de Dodenherdenking. In het Walkart-park speelde het Koninklijk Zeister Harmonie Muziekgezelschap prachtige koralen. De burgemeester sprak een menigte mensen toe. Er waren jongeren die samen stonden. Gezinnen of moeders met grote en kleine kinderen. Ouderen, sommigen zeer slecht ter been die onder de grote kastanjes stilstonden. Boven alle hoofden was het enige geluid dat hoorbaar was in de diepe stilte, het gekwetter van de levendige groep knalgroene papegaaien. Die tussen de ruisende kruinen van de bomen hoog in de lucht dansten. Na de diepe, lange stilte werden kransen gelegd bij het Monument Voor De Gevallen.   Waarna de tocht ging naar het Joods Monument met daarop de 153 namen van Joodse Zeistenaren die omkwamen als gevolg van de Holocaust. De kranslegging eindigde bij het Indië Monument, daar geplaatst...